Interview Freek Veneman
VSR
VSR onderzoekt sinds 2012 op grote schaal in hoeverre de werkomgeving in kantoren gezond is. In 2012, 2014, 2016 en 2018 onderzocht VSR drie bepalende factoren voor een gezonde werkomgeving: oppervlakken, omgevingslucht (temperatuur, luchtvochtigheid, CO2, fijn stof, microbiële belasting) en gebruikers. Conclusie: werkplekken werden in die perioden steeds gezonder. Freek Veneman lichtte tijdens het Hygiëneforum de stand zaken en de invloed van COVID-19 toe.
Wat is het effect van COVID-19 op de professionele schoonmaak?
‘COVID-19 blijkt in relatie tot een gezonde werkomgeving voor de manier van schoonmaken geen grote aanpassingen te verlangen. Wel is er nu terecht veel aandacht voor luchtkwaliteit. Ook is er – vanuit angst – meer aandacht gekomen voor contactoppervlakken, maar die angst is grotendeels onterecht. Virussen vermenigvuldigen zich niet op oppervlakken; een schoon en droog oppervlak is zelfs een vijandige omgeving voor virussen. Vandaar dat gewoon goed schoonmaken volgens het schoonmaakprogramma voldoende is, ook tijdens de pandemie.’
Geldt dat ook voor flexplekken?
‘Voor flexplekken is het anders, die worden op één dag en kort na elkaar door verschillende medewerkers gebruikt. Je zou dan kunnen kiezen voor dagschoonmaak met een stoplichtsysteem of je kunt gebruikers instructies geven hoe ze zelf alcoholdoekjes kunnen gebruiken.
‘Ik denk dat het goed is als we in de toekomst wat minder dicht op elkaar komen te zitten. Waarschijnlijk gebeurt dat vanzelf als de hybride werkvorm de norm wordt. Dan hoef je geen vierkante meters bij te bouwen om toch meer afstand te creëren.’
Wat is de rol van gebruikers?
‘Gebruikers kunnen zelf veel bijdragen aan de gezondheid van hun werkomgeving. Zoals handen wassen na toiletbezoek, of nadat je aan je neus hebt gezeten. Je kunt op die manier voorkomen dat je bacteriën en viraal materiaal door het gebouw verspreidt.’
Is een schone werkomgeving ook per definitie een gezonde werkomgeving?
‘Omgevingslucht is het meest bepalend voor een gezonde werkomgeving. De schoonmaak is daar voor een deel verantwoordelijk voor omdat goed schoonmaken de hoeveelheid fijn stof in de lucht vermindert. Een goed klimaatbeheerssysteem is voor de omgevingslucht echter het allerbelangrijkst. Dat is in 90 procent van de kantoren die wij onderzochten goed geregeld. Slechte installaties kwamen niet voor.
‘Tegelijkertijd zijn mensen niet altijd gelukkig met het binnenklimaat en kunnen ze het niet beïnvloeden. Installaties moeten dus niet alleen functioneel werken, maar ook aangenaam worden ervaren. Op dat gebied is nog winst te behalen. Net als op scholen, die lopen ver achter op het gebied van binnenklimaat. In 2010 deden wij onderzoek in scholen, waarna wij bij de overheid hebben gepleit voor normen op het gebied van mechanische ventilatie. Die zijn er tot nu toe niet gekomen.’
Heeft corona ook iets goeds gebracht voor de professionele schoonmaakbranche?
‘Er is meer aandacht voor hygiëne, en dus ook voor schoon want dat is de basis van hygiëne. Als we het moment benutten, kunnen we er rendement uithalen. Schoonmaak is geen kostenpost, maar een investering in gezond personeel.’